01 van 03
Wat zijn lagen?
Lagen zijn een van de krachtigste tools in veel fotobewerkingsprogramma's. Adobe Photoshop Elements en Adobe CS3 zijn twee voorbeelden van programma's die gebruik maken van lagen om fotografen geweldige controle te geven bij het bewerken van hun afbeeldingen.
Lagen zijn precies zoals ze klinken. Het zijn afbeeldingen of effecten die over elkaar heen worden gelegd. Afbeelding op verschillende vellen plastic tekenen en ze vervolgens op elkaar stapelen. Deze plastic vellen kunnen zowel helder, ondoorzichtig als overal daartussenin zijn. Deze lagen kunnen ook een deel van een afbeelding of een hele afbeelding bevatten. Door deze lagen op elkaar te stapelen, kunnen we veeleisende aanpassingen aan onze afbeeldingen maken, meerdere afbeeldingen combineren of nieuwe afbeeldingen maken.
Het gebruik van lagen heeft verschillende voordelen ten opzichte van het rechtstreeks aanpassen van een originele afbeelding.- Tijdelijke bewerkingen
Door lagen te gebruiken, kunt u aanpassingen maken zonder de gegevens van de onderliggende laag te wijzigen. Hiermee kunt u meerdere wijzigingen aanbrengen zonder opnieuw te hoeven beginnen elke keer dat een bewerking wordt uitgevoerd zoals u had bedoeld. - Vermijd gegevensverlies
Telkens wanneer u uw afbeelding wijzigt via aanpassingen of andere bewerkingen, kan een kleine hoeveelheid gegevens verloren gaan. Door het gebruik van lagen wordt uw originele afbeelding beschermd tegen corruptie (vergeet niet om "opslaan als" en niet "opslaan" te gebruiken). Wanneer u de afbeelding met lagen opslaat, worden de bewerkingen gecombineerd voordat ze permanent worden toegepast op uw bestand om gegevensverlies te minimaliseren. - Specifieke puntbewerking
Door het gebruik van lagen kunt u slechts één deel van een afbeelding met behulp van maskers selecteren (of door het ongewenste deel op slechts één laag te verwijderen). Hiermee kunt u foregrounds, onderwerpen en achtergronden afzonderlijk bewerken. - Snelle bewerkingen naar meerdere afbeeldingen
Door uw bewerkingslagen naar andere afbeeldingen te kopiëren, kunt u snel grote aantallen afbeeldingen aanpassen.
- Tijdelijke bewerkingen
02 van 03
Een laag maken
De eerste stap in het werken met lagen is het maken van een nieuwe laag. De meeste fotobewerkingsprogramma's gebruiken een laagmenuoptie (zoals die hier wordt weergegeven vanuit Adobe Photoshop Elements 6). Zoals u kunt zien in de afbeelding, zijn er verschillende opties voor soorten lagen om specifieke taken uit te voeren.
Het basislaagtype is gewoon een lege laag bovenop de huidige laag. Dit type laag kan transparant of ondoorzichtig zijn. Als u al meerdere lagen open hebt, kunt u "laag van achtergrond" kiezen om een nieuwe laag van de oorspronkelijke achtergrondlaag te maken. U kunt ook "layer via copy" gebruiken om een nieuwe laag te maken uit items die in de huidige laag zijn geselecteerd.
Opvullagen zijn een snelle manier om een laag te maken die is gevuld met een effen kleur, verloop of patroon. Dit type laag wordt meestal gebruikt voor het maken van nieuwe afbeeldingen in plaats van het bewerken van foto's.
Aanpassingslagen zijn lagen die worden gebruikt om de kenmerken van de achtergrond (origineel) afbeelding aan te passen. Items zoals niveaus, helderheid / contrast, tint / verzadiging kunnen worden aangepast met aanpassingslagen. Opties voor geavanceerdere wijzigingen zoals omkeren om een negatief effect te creëren, zijn ook beschikbaar onder aanpassingslagen.03 of 03
Werken met lagen
Nadat u een nieuwe laag (of lagen) hebt gemaakt, kunt u uw lagen onder de lagenweergave bekijken (meestal aan de rechteronderkant van uw scherm). De lagen worden in stapelvolgorde weergegeven. Dat betekent dat het niveau bovenaan de weergavelijst de bovenste laag van de stapel is. Het kleine oogpictogram naast elk niveau geeft aan welke niveaus momenteel zichtbaar zijn.
Het niveau dat is gemarkeerd met lichtgrijs staat voor het niveau dat momenteel is geselecteerd (alle acties hebben invloed op het geselecteerde niveau). Met de ondoorzichtigheidsindicator boven aan de lijst kunt u wijzigen hoe ondoorzichtig of transparant de geselecteerde laag zal zijn. De selectie die standaard op "normaal" staat, is de overvloeimodus. Dit vertelt het programma hoe de lagen kunnen worden samengevoegd tot één totaalbeeld. De beste manier om deze opties te leren, is door ermee te experimenteren.
Lagen kunnen eenvoudig worden gereorganiseerd door ze te klikken en naar een nieuwe positie te slepen. Houd er rekening mee dat aanpassingslagen alleen van invloed zijn op lagen onder hen in de lijst.